In de 17e etappe in de Tour de France van 2017 komen de renners gedurende de 183 kilometer tussen La Mure en Serre Chevalier legendarische bergen als de Col de la Croix de Fer, de Col du Télégraphe en de de Col du Galibier tegen. De finish ligt echter niet bovenop een beroemde berg, maar in het dal.
La Mure is een debutant in de Tour. Nooit eerder mocht dit stadje, uiteraard voorzien van een fraai kasteel, het Tourpeloton verwelkomen voor de start of finish van een etappe. Vanaf La Mure zetten de renners koers richting het noordoosten, waar ze in de Col d’Ornon de eerste hindernis van formaat tegenkomen. Een klim van 10 kilometer lang met een gemiddeld stijgingspercentage van 6,1%.
Eenmaal in het dal van de rivier de Romanche is L’Alpe d’Huez zichtbaar. Het zal dit jaar bij kijken van een afstandje blijven, want de roemruchte aankomst is niet in het Tourschema opgenomen. In plaats daarvan rijden de renners verder noordwaarts, naar de Col de la Croix de Fer. Een beest van een berg: 24 kilometer klimmen à 5,2%. Een zeer onregelmatige klim bovendien, want het gemiddelde stijgingspercentage wordt gedrukt door enkele korte afdalingen tussendoor.
De eerste 7 kilometer gaat de Col de la Croix de Fer bergop met maxima tot 10%. Daarna volgt een afdaling, waarna er weer enkele steile stukken volgen. De tweede helft van de klim bevat weliswaar minder steile stroken, maar dan begint de afstand van de klim al flink mee te wegen.
De Col de la Croix de Fer is al achttien keer eerder in de Tour opgenomen, voor het eerst in 1947 en voor het laatst in 2015. Toen zelfs twee keer, in de 19e en de 20e etappe.